Schade melden

Uitstel inwerkingtreding Wet toekomst pensioenen

Uitstel inwerkingtreding Wet toekomst pensioenen. In juni 2019 hebben het kabinet, de werkgevers- en werknemersorganisaties een pensioenakkoord gesloten met afspraken over de AOW en pensioenen. Sindsdien zijn deze partijen met elkaar in gesprek over de uitwerking van het pensioenakkoord. Het uiteindelijke doel is om te komen tot de Wet toekomst pensioenen.

Het lag in de planning om deze wet in te laten gaan op 1 januari 2022 met een overgangstermijn van 4 jaar, zodat vanaf 2026 alle pensioenvoorzieningen zijn aangepast aan de nieuwe wet.

Hiervoor is begin 2020 het eerste conceptwetsvoorstel ter beoordeling voorgelegd. De reacties op dit concept vragen om een goede afweging. Daarom verwacht Minister Wouter Koolmees dat hij het aangepaste wetsvoorstel pas begin 2022 kan indienen bij de Tweede Kamer. Hij streeft dan naar een nieuwe ingangsdatum van 1 januari 2023 zodat de Tweede en Eerste Kamer het voorstel zorgvuldig kunnen behandelen. Ook krijgen andere betrokken organisaties langer de gelegenheid om zich op de aanpassingen voor te bereiden.

Omdat de overgangstermijn wel op 4 jaar blijft staan, moeten alle pensioenvoorzieningen dan uiterlijk op 1 januari 2027 zijn aangepast. Bijkomende consequentie is waarschijnlijk dat het transitieplan dat een werkgever opstelt en inlevert bij de pensioenuitvoerder voor 1 januari 2025 gereed moet zijn. Het transitieplan vormt de verantwoording van de werkgever voor de overstap naar het nieuwe stelsel met daarin alle keuzes en overwegingen.

Adriaan van der Linde
Wilt u nu al meer informatie over dit onderwerp, neem dan contact op met onze pensioenadviseur.

Recent is de ministerraad akkoord gegaan met een wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2021. Het voorstel ligt momenteel voor advies bij de Raad van State. Dit wetsvoorstel is een eerste stap naar een modernere verdeling van pensioenen na een scheiding waarbij de levenslange afhankelijkheid tussen de ex-partners wordt verbroken.

Beide ex-partners krijgen namelijk op basis van dit wetsvoorstel een zelfstandig recht op een deel van het ouderdomspensioen dat zij tijdens het huwelijk hebben opgebouwd. En pensioenuitvoerders kunnen automatisch tot verdelen overgaan. Als ex-partners willen afwijken moeten zij dit melden aan de pensioenuitvoerder.

Dit is het tegenovergestelde van de huidige praktijk.

Wilt u meer weten over bovengenoemd onderwerp? Of hebt u andere vragen over pensioenzaken?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

In juni is na vele jaren van onderhandelen een principeakkoord tot stand gekomen tussen De Minister van Sociale Zaken, werkgevers en de vakbonden FNV en CNV over de vernieuwing van het pensioenstelsel. Hiermee is een grote stap gezet naar een toekomstbestendig stelsel. Het kabinet en de sociale partners kunnen beginnen met de verdere uitwerking van het akkoord. Wat staat er zoal in het akkoord:

  • Pensioen wordt persoonlijker en transparanter. De zogenaamde doorsnee systematiek voor de premiebetaling wordt afgeschaft;
  • Meer flexibiliteit bij het opnemen van pensioen, zoals het opnemen van een bedrag ineens van 10% van de waarde van het opgebouwde pensioen;
  • Nabestaandenpensioen moet standaard goed geregeld zijn;
  • Er komt ruimte voor werkgever en werknemer om mensen met een zwaar beroep eerder te laten stoppen;
  • Pensioenen worden sneller aangepast aan de economische situatie.

Wilt u meer weten over bovengenoemd onderwerp? Of hebt u andere vragen over pensioenzaken?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

Op 1 januari 2019 is de “Wet waardeoverdracht klein pensioen” ingegaan. Een klein pensioen is een pensioenuitkering die lager is dan de wettelijke afkoopgrens, in 2019 € 484,09 bruto per jaar. Wat houdt de wet in:

• Kleine pensioenen die voor 1 januari 2018 zijn opgebouwd, blijven afkoopbaar;
• Pensioenuitvoerders mogen kleine pensioenen beëindigd na 1 januari 2018 in principe niet meer afkopen;
• Pensioenuitvoerders kunnen kleine pensioenen overdragen aan de nieuwe pensioenuitvoerder, welke de overdracht verplicht moet accepteren;
• Hele kleine pensioenen (minder dan € 2,00) vervallen automatisch waarbij de pensioenuitvoerder mag bepalen wat er mee gedaan wordt. Veelal worden deze bedragen geschonken aan een goed doel.

De overheid wil hiermee bereiken dat ook kleine pensioenen de pensioenbestemming houden.

Wilt u meer weten over bovengenoemd onderwerp? Of hebt u andere vragen over pensioenzaken?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

In Nederland bestaat geen algemene pensioenplicht, maar in veel situaties wordt een werkgever toch verplicht om de werknemers deel te laten nemen in een pensioenregeling. Bijvoorbeeld wanneer de werkgever valt onder de verplichtstelling van een Bedrijfstakpensioenfonds (BPF). Sterk bepalend voor een verplichtstelling zijn de bedrijfsactiviteiten, maar het kan een heel gepuzzel zijn om dit uit te zoeken. Zeker als de activiteiten in de loop der tijd wijzigen. De onderzoekplicht ligt te allen tijde bij de werkgever en zijn een reëel risico.

Wilt u meer weten over bovengenoemd onderwerp? Of hebt u andere vragen over pensioenzaken?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

Heeft u een pensioencontract op basis van een eindloon of een middelloonregeling en bereikt het contract op korte termijn de einddatum? Dan kunt u ervan uitgaan dat uw pensioenlasten de komende jaren aanzienlijk zullen stijgen. Percentages premiestijging van 50% of meer zijn daarbij zeer realistisch, maar mogelijk ook onwenselijk. Zijn er alternatieven, passen die bij u als werkgever en wat betekent dat voor uw werknemers? Allemaal vragen die dan een belangrijke rol gaan spelen.
Maar ook uw pensioencontract op basis van beschikbare premie kan natuurlijk binnenkort de einddatum bereiken. Ook in dat geval wilt u geadviseerd worden bij het afsluiten van een nieuw contract.

Wij helpen u graag verder.

Sinds het wetsvoorstel Uitfasering pensioen in eigen beheer in 2017 is aangenomen, is de mogelijkheid voor DGA’s om pensioen in eigen beheer op te bouwen afgeschaft. Voor het desgewenst opbouwen van een ouderdoms- en nabestaandenvoorziening na de pensioendatum en/of een dekking voor de nabestaanden bij overlijden voor de pensioendatum, kan een DGA kiezen uit verschillende opties. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een pensioenproduct voor de DGA als werknemer van zijn eigen BV, een lijfrentevoorziening of een overlijdensrisicoverzekering.

Wilt u meer weten over bovengenoemd onderwerp? Of hebt u andere vragen over pensioenzaken?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.

Steeds meer zorgverleners kijken op tegen hun laatste werkzame jaren tot het pensioen. 53 procent van de werknemers in de zorg denkt dat ze hun huidige baan in de zorg niet vol kunnen houden. Een deel van deze mensen denkt er over na om de zorg helemaal te verlaten.

Hetzelfde onderzoek werd in 2013 al eens onder zorgverleners uitgevoerd. Toen gaf 40 procent van de deelnemers aan het werk niet tot hun pensioen te kunnen volhouden. De toename is waarschijnlijk te wijten aan de ophoging van de pensioenleeftijd. Bovendien ervaren zorgverleners de laatste jaren steeds meer werkdruk. Werkdrukmaatregelen moeten prioriteit krijgen om in de toekomst voldoende personeel aan te kunnen trekken.

Vooral medewerkers in de intramurale ouderenzorg hebben een negatief toekomstbeeld. Maar liefst 60 procent van het personeel daar wil iets anders gaan doen of stoppen. Onder de praktijkondersteuners in de huisartsenzorg denkt 64 procent de pensioengerechtigde leeftijd niet te halen. Zij zijn daarmee het meest positief over hun toekomst.

Omdat het niet voor alle medewerkers financieel haalbaar is om eerder met werken te stoppen, denkt 35,5 procent van de zorgverleners na over ander werk binnen de zorgsector. Ongeveer 32 procent heeft afgelopen jaar nagedacht om de zorg helemaal te verlaten. 16 procent is ook echt van plan te vertrekken.

Het Pensioenfonds voor de Accountancy (PFA) heeft besloten om per 1 juli 2017 te stoppen. Dit betekent dat er vanaf deze datum geen pensioenopbouw meer plaatsvindt. De aangesloten werkgevers worden daarmee ‘gedwongen’ de met hun werknemers overeengekomen pensioenregeling bij een andere pensioenuitvoerder onder te brengen. Dit biedt nieuwe mogelijkheden voor accountantskantoren om de pensioenopbouw van de medewerkers naar eigen wensen in te vullen.

 Een belangrijk aandachtspunt is dat de verzekering van het partner- en wezenpensioen bij overlijden voor de pensioendatum komt te vervallen. Dit is het eerste dat ‘gerepareerd’ moet worden om financiële ongelukken te voorkomen.

Niets doen betekent dat de pensioenopbouw per 1 juli 2017 stopt.